Posted by : Carine Janssens
Homepage / Al het nieuws / Nieuwe onrechtmatige bedingen in de voedseldistributiesector
PresseNieuwe onrechtmatige bedingen in de voedseldistributiesector
Achtergrond
Het Koninklijk Besluit van 20 juni 2024 “tot aanvulling van de lijsten van onrechtmatige bedingen in commerciële samenwerkingsovereenkomsten inzake detailhandel in niet gespecialiseerde winkels waarbij voedings en genotmiddelen overheersen” is in het Belgisch Staatsblad van 9 juli 2024 gepubliceerd. Het Koninklijk Besluit wordt voorafgegaan door een gedetailleerd Verslag aan de Koning, waarin de redenen voor de nieuwe regelgeving worden uiteengezet en de verschillende bedingen in detail worden beschreven.
Toepassingsgebied beperkt tot franchisering in de voedingssector
Het Koninklijk Besluit bevat een reeks nieuwe onrechtmatige bedingen die van toepassing zijn op commerciële samenwerkingsovereenkomsten (in de zin van artikel I.11, 2° van het Wetboek van economisch recht) gesloten met een onderneming die voornamelijk actief is in de detailhandel in niet-gespecialiseerde winkels waarbij voedings- en genotmiddelen overheersen (NACE-code 47.11).
Met andere woorden, zoals toegelicht in het Verslag aan de Koning, betreft dit voornamelijk franchiseovereenkomsten voor de exploitatie van voedingswinkels. Daarom gebruiken we hier de termen “franchisegever” en “franchisenemer”, zelfs wanneer het toepassingsgebied ook “commerciële samenwerkingsovereenkomsten” omvat die andere contracten van soortgelijke aard kunnen dekken.
Het nieuwe Koninklijk Besluit vult, specifiek voor de betrokken sector, de lijsten van onrechtmatige bedingen tussen ondernemingen aan zoals opgenomen in artikelen VI.91/4 en VI.91/5 van het Wetboek van economisch recht.
Doelstellingen
Volgens de Ministers die aan de basis van deze tekst liggen, heeft dit Koninklijk Besluit als doel een eerlijker evenwicht te waarborgen tussen de rechten en plichten van de spelers in de voedingsdistributiesector. Deze sector omvat enerzijds een beperkt aantal grote spelers met een zeer groot gezamenlijk marktaandeel, en anderzijds vele kleine zelfstandigen die meer bescherming behoeven.
De auteurs van dit Koninklijk Besluit benadrukken de noodzaak om de minimumrechten van franchisenemers te waarborgen in deze slecht gereguleerde sector, waar grote spelers een hoge mate van juridische en economische invloed uitoefenen, wat de onderhandelingspositie van franchisenemers vaak ernstig beperkt.
Uitbreiding van de lijsten met “zwarte” en “grijze” bedingen als onrechtmatig beschouwd
- De lijst met bedingen die in ieder geval als onrechtmatig worden beschouwd (de « zwarte » bedingen) wordt aangevuld met de volgende vier bedingen:
1° de leveringsplicht van de franchisegever – de bedingen die ertoe strekken [de franchisenemer] de mogelijkheid tot schadeloosstelling te ontzeggen of het recht om zich bij derden te kunnen bevoorraden te ontzeggen of ongepast te beperken indien [de franchisegever] de leveringsverplichting voor goederen en diensten niet of gebrekkig naleeft;
2° onderhandelingen door de franchisenemer gedurende de opzegtermijn of de periode waarop een concurrentiebeding van toepassing is – de bedingen die ertoe strekken [de franchisenemer] te verbieden om voorbereidingen te treffen of onderhandelingen aan te vatten met het oog op het ontwikkelen van een nieuwe activiteit tijdens de opzegtermijn of de termijn van een niet concurrentiebeding onder voorbehoud van het vrijwaren van het bedrijfsgeheim verbonden aan de overeenkomst, in de zin van artikel XI.332/4 van het Wetboek van economisch recht;
3° het doorrekenen van de kosten van promotiecampagnes – de bedingen die ertoe strekken [de franchisenemer] meer dan de helft van de kosten te laten dragen die voortvloeien uit de verwezenlijking en de uitvoering van de promotieacties die door diegene die het recht verleent worden opgelegd;
4° de bevoegde rechter – de bedingen die ertoe strekken enkel de rechter van de zetel van [de franchisegever] en/of een rechter waarvan de zetel zich bevindt in een ander taalgebied dan de zetel van de [franchisenemer], bevoegd te verklaren om kennis te nemen van het geschil.
- De lijst van bedingen die verondersteld worden onrechtmatig te zijn tenzij het tegendeel bewezen is (de “grijze” bedingen) wordt aangevuld met de volgende drie bedingen:
1° opties of voorkeursrechten met “onevenwichtige waarderingen” – de bedingen die ertoe strekken een forfaitaire waardering te maken van het handelsfonds of de aandelen van de onderneming van [de franchisenemer], waarbij een prijs wordt vastgesteld die kennelijk onredelijk is rekening houdend met een normale waardering van een handelsfonds of de aandelen van een onderneming;
2° de verplichting om een verlieslatende operatie voort te zetten – de bedingen die ertoe strekken [de franchisenemer] te verplichten tot uitbating van een onderneming die minstens twaalf maanden structureel verlieslatend is zonder te voorzien in een opzegtermijn van maximum vier maanden voor [de franchisenemer], zonder bijkomende vergoeding;
3° onredelijke ontbindende voorwaarden – de bedingen die ertoe strekken [de franchisegever] toe te staan de commerciële samenwerkingsovereenkomst te beëindigen met toepassing van een uitdrukkelijk ontbindend beding.
Inwerkingtreding
Het Koninklijk Besluit zal in twee fasen in werking treden:
- Vanaf 1 januari 2025 voor nieuwe commerciële samenwerkingsovereenkomsten, namelijk de overeenkomsten die vanaf deze datum worden gesloten, hernieuwd of gewijzigd.
- Vanaf 1 mei 2025 voor bestaande commerciële samenwerkingsovereenkomsten die vóór 1 januari 2025 zijn gesloten en na die datum niet zijn hernieuwd of gewijzigd.
Impact
Dit Koninklijk Besluit zal naar alle waarschijnlijkheid een aanzienlijke impact hebben op de huidige praktijken binnen de meeste Belgische retail-franchisenetwerken. Het zal bepaalde gangbare contractuele mechanismen ter discussie stellen, die zullen moeten worden aangepast of zelfs afgeschaft.
Voor vragen over dit onderwerp kunt u contact opnemen met: | ||
Olivier Clevenbergh | Camille Cornil |